Rob Hanou grossiert in titels bij het Masterszwenmen
AlgemeenARNHEM - De teller staat op 511 Nederlandse titels. Het staat er echt. Als het aan Rob Hanou ligt, komen er veel meer Masterszwemmedailles bij. Van verzadiging is immers geen sprake. Ook niet nu hij eind dit jaar 80 wordt. Daarvoor vindt de Arnhemmer zwemmen veel te leuk. Hij ligt met plezier in het water.
Door Vincent Bos
Rob Hanou is een ware specialist op de lange afstanden. De schoolslag is zijn sterkste onderdeel. Al heeft hij begin deze maand tijdens de open Nederlandse Masterszwemkampioenschappen in Amersfoort bewezen dat hij op vrijeslag, rugslag en vlinderslag ook ongenaakbaar is. Van die in totaal 511 titels won de Arnhemse zwemmer er 431 individueel en 80 met de estafetteploegen.
Het zwembad voelt als zijn tweede thuis. Rob Hanou was er al jong vaak te vinden. Als de school ijsvrij gaf, ging hij naar het zwembad. “Ik kon niet schaatsen. Dan ging ik liever zwemmen. Bovendien was het op die momenten rustig in het bad.” Ada den Haan was daar zijn voorbeeld. Ooit wereldrecordhoudster op de 200 meter schoolslag. En dus niet toevallig dat de Arnhemmer daarin uitblinkt. Wil Bunschoten-Van Breukelen was in Naarden zijn trainer. Zij was de moeder van Hansje Bunschoten, ook al zo’n nationale zwemtopper.
Hanou deed als tiener meteen iedereen versteld staan. “Na zes weken deed ik al aan wedstrijden mee op de 100 meter schoolslag. Iedereen was verbaasd dat ik de limiet zwom voor de Nederlandse kampioenschappen. Ik plaatste me als achtste voor de finale. Niemand had verwacht dat ik een medaille zou halen. Ook mijn ouders niet. Die waren op de dag van de finale alweer thuis. Het gebeurde dus wél. De wedstrijd werd rechtstreeks op televisie uitgezonden en mijn broer was zo attent een schermfoto te maken.”
Zo denderde de zwemcarrière van Rob Hanou tijd door. Het werd een succesverhaal van jewelste. Totdat gezin en werk zoveel tijd in beslag namen dat zwemmen erbij inschoot. Niet definitief natuurlijk want daarvoor houdt hij te veel van de zwemsport. Hij heeft de draad gewoon weer opgepakt. Op zijn 41e begon hij met het Masterszemmen. Je wordt ingedeeld per leeftijdscategorie.
De sport brengt hem op veel plekken in de wereld. Als het past doet hij aan het WK mee. “Enkele jaren geleden heb ik aan het WK in Zuid-Korea een reis van drie weken door dat land gekoppeld.”
“In de winter zwem ik vijf dagen in de week, zomers elke dag. Mijn vaste ritme heb ik aangehouden. Dat betekent dat ik elke morgen om zeven uur ga zwemmen. Dat is ook goed voor de sociale contacten.”
Aan gretigheid heeft hij niets ingeboet. “Twee keer per jaar doe ik mee aan de nationale Masterszwemkampioenschappen, op zowel de korte als langebaan. Daarnaast staan wedstrijden in Parijs, Londen en Bern op het programma. Ik ga door zo lang het kan. Bewegen is goed en met zwemmen belast je de gewrichten minder.”