Prins Telly I.
Prins Telly I. Foto: Ellen Koelewijn Fotografie

Prins Telly I noemt zich verbinder en voortrekker

Algemeen

ARNHEM - Hij vindt het supergaaf om prins te zijn van carnavalsvereniging De On-Ganse uit Arnhem. Telly Juyn is helemaal in zijn element deze drukke dagen. Als Prins Telly I geniet hij volop met page Ella en adjudant Bas. In Musis Sacrum, de tempel der On-Ganse, gaat hij voorop in het feestgedruis.

Door Vincent Bos

Hij is al een aantal avonden op pad geweest. Om in zorgcentra ouderen te plezieren of bezoeken af te leggen aan verenigingen. En dan moeten dit weekeinde de dolle dagen nog beginnen. Prins Telly I maalt er niet om. Hij barst van de energie om er een onvergetelijk feest van te maken. Telly Juyn (45) heeft lang moeten wachten voordat hij zich in november aan het publiek kon presenteren. Hij werd al in coronatijd gevraagd om prins te worden. Maar vanwege alle restricties rondom de pandemie kwam het feesten er alsmaar niet van.

Met oren klapperen

Hoe word je eigenlijk prins van zo’n grote vereniging als De On-Ganse? “Binnen de vereniging is er een commissie die zich daarmee bezighoudt”, zegt hij. “Die groep maakt een top drie van kandidaten. Ik stond op één. Als ze je vragen sta je toch wel even met de oren te klapperen. Dat ze bij mij uitkwamen komt wellicht omdat we een echt carnavalsgezin zijn. Mijn vrouw en kinderen zijn ook actief.”

Telly Juyn noemt zich een vlotte prater. Hij is het perfecte uithangbord voor De On-Ganse. “Ik ben actief bij de Schotse Garde en geef les aan de kindergarde. Het is toch prachtig om les te geven aan die kleine dames. Ik ben wel van het marcheren, heb vroeger in de Arnhem-Band gespeeld. Het speelt natuurlijk mee dat mijn ouders actief zijn in het carnaval.”

Hij straalt uit er plezier in te hebben. “Het is supergaaf om prins te zijn. Het past wel bij me. Ik ben wel iemand van het verbinden, ben een voortrekker en houd van een goed feest. Carnaval is eigenlijk een simpel feest. Je verkleedt je en maakt lol. Je bent vijf dagen in een heel andere sfeer.”

Hij heeft al een groot feest thuis gehad. “Dan krijg je binnen drie dagen vijf- tot zeshonderd man over de vloer. We hebben gelukkig een grote tuin waardoor dat kon.”

Prins Telly I maakt zijn rol niet groter dan die is. “Het is hartstikke mooi dat je mag voorgaan in het feest. Maar je moet beseffen dat je de volgende dag weer gewoon naar de bakker moet om croissants te halen. Dan sta je weer met beide benen op de grond.”

Hij kijkt uit naar het frühshoppen op maandag. “Dat is met elf kroegen op de Korenmarkt georganiseerd. Het is voor het eerst dat we dit zo doen. Het moet echt een knaller worden. Ik hoop dat er veel mensen op afkomen.”