Herman Boesveld bij Meinerswijk Arnhem.
Herman Boesveld bij Meinerswijk Arnhem. Foto: Ellen Koelewijn Fotografie

Voorzitter Vogelwerkgroep Arnhem heeft altijd verrekijker bij de hand

Algemeen

ARNHEM - Hij maakt zich zorgen over de teloorgang van de merel. Of van de grutto die minder vaak opduikt. De vogels hebben het alom zwaar. Met het verdwijnen van insecten wordt het voor de vogels steeds lastiger om voedsel te vinden, zegt Herman Boesveld, voorzitter Vogelwerkgroep Arnhem.

Door Vincent Bos

Hij heeft een verrekijker bij het achterraam continu binnen handbereik. Boesveld neemt het toestel ook mee als hij de natuur intrekt. Meinerswijk is zijn favoriete stek. Maak ook de watergebieden in Park Lingezegen. Daar zijn genoeg vogels te zien. 

Neem een lichte campingstoel mee en verroer je niet. Des te meer vogels ontdek je dan, nodigt hij iedereen uit om zijn voorbeeld te volgen.
Hij praat er bevlogen over. Zoals alle 350 leden van de Vogelwerkgroep Arnhem dat doen. Een aantal dat in coronatijd is opgelopen omdat wandelen in het bos populair werd en mensen het spotten van vogels leuk zijn gaan vinden.

Twee groepen

“Je kunt de wereldbevolking in twee groepen splitsen. De ene helft ziet vogels en loopt door. De andere groep ziet er een en vraagt zich af om welke vogel het gaat. Zo raak je geïnteresseerd in vogels. Neen, in zangvogels in een kooi ben ik dan weer niet geïnteresseerd, wel in de vrij in de natuur levende vogels. Als je het oog laat vallen op de vogels, gebeurt er van alles met je. Je ontdekt telkens iets. Je koopt een boek en wordt enthousiast”, zegt Boesveld.

Intussen is hij erg verontrust. De natuur holt achteruit. “De mensen kunnen al hun voedsel in de supermarkt vinden. De vogels zijn aangewezen op de natuur. Zeventig procent van de insecten dreigt te verdwijnen. En daarmee raakt het voedsel voor de vogels weg. Dat is een grote zorg. De grutto heeft er last van. De merel ook, dat is een van de mooiste zangvogels. De vogelbescherming moet over deze kwestie in Den Haag bij de ministeries aan de bel trekken.”

Toegewijd

De Vogelwerkgroep Arnhem bestaat 38 jaar en kent toegewijde liefhebbers. “Een vogelaar kan goed in zijn eentje genieten. Je kunt overal vogels zien. Hier en in het buitenland. Maar een vogelaar wil ook graag met een ander praten om te horen of die nog mooie plekken kent. En een vogelaar wil naar lezingen toe.”

De Vogelwerkgroep Arnhem voorziet in die behoefte, als corona tenminste geen spelbreker is. Want door de beperkingen zijn er geen lezingen. Voorts worden door de club excursies georganiseerd. “En we geven het vogelblad Vlerk uit. Dat is een van de mooiste vogelbladen in ons land”, zegt Boesveld trots.

Hij is trots op het waterrijk in Park Lingezegen, een door de Vogelwerkgroep Arnhem geadopteerd gebied. ‘We hebben er een oeverzwaluwenwand geplaatst, zeg maar een viersterrenhotel voor oeverzwaluwen. Alleen moeten ze de weg ernaartoe nog vinden.”

vogelwerkgroeparnhem.nl